Het leven van een
columnist gaat niet over versgeplukte rozenblaadjes. Allereerst dient men zich
dagelijks door een stapel vakliteratuur te wroeten. Ook het bijhouden van wat
websites en het bekijken van enkele “opiniërende” programma’s hoor erbij.
Tussen aanhalingstekens
inderdaad, want in Studio Voetbal zegt niemand wat hij er echt van vindt, en in
Voetbal International staan de analisten zelf steeds vaker centraal, om over de
presentator maar te zwijgen. Ik weet meer over de kwalitatieve invulling van de
lokale sophuizen, dan van de terugval van van Derk Boerrigter.
Met de Champions League
finale in zicht komt ook Arjen Robben vaak ter sprake. Steevast concludeert de
crème de la crème van het voetbaljournaille dat een fitte Robben goud waard is.
Dit impliceert dus dat
vakbroeders als mijn vriend Cristiano, of Zlatan moeiteloos hun eigen niveau
halen als ze met hun darmen in de hand spelen nadat hun buikwand is opengereten
als gevolg van kampioensdruk en premiestress.
Het lijkt mij werkelijk
heerlijk om eens aan te schuiven aan zo een opinietafel. Wat moet het een feest
zijn om met een stalen gezicht open deuren in te trappen. Handgebaartjes erbij,
“Inderdaad, als Robben niet fit is, heb je niks aan hem. Klaar.
Het zal u niet zijn
ontgaan dat niet alleen Robben last heeft van dit syndroom. Recent nog was ene
Messi (wie zijn moeder?) van, ik meen Barcelona, geblesseerd. Wat volgde was
een dubbele afstraffing door Bayern München. Toegegeven, de mannen uit Catalonië
prediken sinds de arrestatie van Popie Dopie Fuentes De Leer van Romario: en toen was u een beetje moe. Maar toch,
kennelijk zijn er meer spelers die niet optimaal functioneren als er wat stuk
is.
Om tussen zulk
inspirerend genootschap aan te mogen schuiven moet je aan keiharde criteria
voldoen: je moet uit de voetballerij komen, een reuze ego hebben en platvloers
zijn, omdat het volk anders niet te lachen heeft. Minachting van de kijker,
heet dat. Het is eigenlijk een eer dat wij naar deze heren mogen kijken,
potjandosie. Mensen zoals u en ik mogen namelijk niets zeggen, want wij hebben
niet gevoetbald. Van Gaal en Mourinho ook niet, maar voor hen wordt om de een
of andere reden een uitzondering gemaakt.
Dit vraagt om een gedegen
stukje onderzoeksjournalistiek. Met veel enthousiasme ben ik dan ook in wat
competities gedoken en heb spelers en ploegen grondig geanalyseerd. Vervolgens
heb ik een matrixmodel ontworpen dat mij hielp bij het maken van de benodigde
actuarisberekeningen. De resultaten waren ronduit schokkend. Ergo, ik weet niet
of het zo verstandig is om mijn nieuwe kennis met de buitenwereld te delen.
In deze tijden van
financiële rampspoed en matchfixing is de informatie waarover ik nu beschik
goud waard. Ik heb dan ook lang geaarzeld en pas na diepe discussies met
mijzelf, ik ben mijn eigen debiele broertje, besloten om het geheim openbaar te
maken. Zit u goed? Hier komt de schokkende conclusie:
Elke niet-fitte atleet
voegt evenveel toe als de praatprogramma’s op TV.
Maar dit houden wij onder
ons.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten