woensdag 17 april 2013

Het Evangelie van Marc












Elk seizoen is er wel een toverwoord waarvan alle analisten, trainers en zichzelf overschattende presentatoren zich graag bedienen. Vorig jaar was het wisselvalligheid, maar omdat de halve Eredivisie tegenwoordig uit gepimpte A-1 elftallen bestaat, hebben zelfs de randfiguren in het voetbal geaccepteerd dat niet elke junior het niveau van Messi of Ronaldo heeft en dus ook wel eens een minder potje speelt.

Dit jaar wordt iedereen nogal heet van omschakeling; als je na druk zetten, vroeger heette dat gewoon storen, de bal heroverd en snel voor de pot van de tegenstander komt. Wilde iedereen Barça imiteren, nu lijkt Real Madrid de meest zinnenprikkelende ploeg.
Glimlachend luister je naar het betoog van de proftrainer die zich op de kaart wil zetten met nieuw jargon omdat ook hij net zo goed is als zijn materiaal en toch onderscheidend wil zijn. Op die wijze hoopt hij dan a la Marcelo (PSV) bij Barça te belanden.

Inmiddels kan ik er goed tegen, en waar vroeger nog wel eens spontaan het glazuur van mijn tanden sprong, of ik mijn wenkbrauwen zo hard optrok dat mijn hoofdhuid scheurde, ben ik inmiddels onzinbestendig. Tot aan afgelopen weekend. Bij het luisteren naar een betoog van oud hockeycoach Marc Lammers viel mijn onderkaak spontaan uit mijn schedel waardoor zowel mijn hoofd als laptop nu in reparatie zijn.

Marc Lammers won wat prijzen met de nationale vrouwenhockeyploeg. Nu wil ik de dames niet tekort doen, hockey is echt topsport, maar de top in het hockey (m/v) is vrij klein. Toch vindt Lammers zich een ter zake doende coach. En dat soort figuren mogen graag Van ’t Hekken, je hautain bemoeien met zaken waar je geen verstand van hebt. Lammers begon zijn coachloopbaan als assistent van Tom van ’t Hek, vandaar.

Dus kwam Marc met de term Sinterklaasspanning: het wel willen maar niet moeten. Feyenoord en Vitesse bijvoorbeeld hoeven geen kampioen te worden. Ajax hoefde in tegenstelling tot PSV niet te winnen. Mijn conclusie is dat allen niet aan topsport doen. Logisch, ze spelen slechts profvoetbal en da’s een spelletje. Vraag maar aan de ‘wij willen geen camera’s om de charme van de sport in stand te houden’ UEFA.

Na lang nadenken begon het mij te dagen. Zelf heb ik namelijk last van het Halle Barry syndroom. Zodra de mooiste vrouw op aarde mijn beeldscherm verlicht, stuiter ik extatisch door de woonkamer, klaar om mijn TV een beurt te geven. Halle is mijn eeuwige liefde, maar ze belt nooit terug, de trut. Volgens het principe van Lammers hoef ik haar dus niet te beminnen, maar zou het wel mogen. Sterker bij alles wat ik doe gaat het niet om het resultaat, maar om de intentie.

Laat ons bidden met Marc. Vanaf heden zullen wij ons beroep en onze hobby’s als ware amateurs benaderen. Vergeet de hypotheek, schoolgeld voor de kids, een lekkere maaltijd en een goede vakantie. Zolang de intentie maar goed is, zullen onze zielen vervuld zijn van blijheid en liefde voor wat wij doen. Een lege maag en een kartonnen doos hebben ook hun charmes. We moeten niets, maar mogen alles.

Amen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten